Laat de kerk niet verdwijnen! Indrukken van een Hollander in Egypte

Zaterdagmiddag 13 juni 2015 sprak ik op de landelijke GZB-dag in Gorinchem. Hieronder de uitgewerkte tekst van mijn toespraak. U kunt mijn bijdrage ook terugluisteren en -kijken op YouTube (van ca. 52 min. tot ca. 1 uur 11 min.). Het gesproken woord week op sommige punten iets af van onderstaande tekst.

1 Laat de kerk niet verdwijnen!

“Laat de kerk niet verdwijnen!” Met velen, zeer velen, zijn we hier vandaag bijeengekomen om bij dit thema stil te staan. Ik ben nu sinds enkele weken met verlof en het valt mij op: de bedreigde kerk, de lijdende kerk, de vervolgde kerk, de ondergrondse kerk leeft onder christenen in Nederland. Ik vind het hartverwarmend, ik ben er dankbaar voor en het is iets wat ik straks terug in Egypte wil delen met onze broeders en zusters daar.

Toch aarzelde ik aanvankelijk bij het motto “Laat de kerk niet verdwijnen.” “Dat klinkt wel erg activistisch,” was mijn eerste gedachte. Gaan wij als zendingsvrienden en zendingswerkers er wel eens even voor zorgen dat de kerk in het Midden-Oosten niet verdwijnt?

Mijn tweede gedachte was: misschien moet ik het anders lezen en is “laat de kerk niet verdwijnen” slechts een gelaten verzuchting – wie het nieuws een beetje volgt, weet immers dat de christenheid in het Midden-Oosten wordt vermoord en verjaagd. Het Westen ziet het met lede ogen, niet wetend hoe te reageren – het is triest, maar je doet er weinig aan.

Maar toen begreep ik dat het een gebed is: “Heere, laat U uw kerk niet verdwijnen. Uw kinderen worden vervolgd, verdreven, afgeslacht – uw naam, uw eer, uw getuigenis, uw evangelie staat op het spel – sta op, o God, waarom zou U slapen? Laat U uw kerk niet verdwijnen, ja, bewaar en vermeerder uw kerk.”

1. Heer, zie ons in gevaar,
het wordt ons steeds verteld:
moord hier en aanslag daar,
en overal geweld.

2. Men jaagt ons in de dood,
als schapen voor de slacht.
Zwijgt u in onze nood,
slaapt u in onze nacht?

3. Sta op en help ons, Heer,
uw naam staat op het spel,
denk aan uw trouw, uw eer,
sta op en red ons snel.

(Dit lied bij Psalm 44 en Romeinen 8 – zie onder voor het vervolg – werd tijdens de ochtendbijeenkomst van de GZB-dag gezongen, op de melodie van gezang 294 uit het Liedboek voor de Kerken. Zie  ook deze blogberichten uit 2011 en 2013.)

Maar juist als dit ons gebed is, dan hoor ik er ook een oproep in naar elkaar: “Doe wat in je vermogen ligt om de kerk niet te laten verdwijnen!” Het is een aansporing aan onszelf, zoals we hier zijn.

Het is een aanmoediging richting de kerk in Egypte: “Houd vol, zet je in, doe wat je doen kunt om de kerk in stand te houden, zodat het bevrijdend evangelie te horen blijft en vernieuwend doordringt in harten en levens van mensen.” En tegelijk horen we dan de echoroep uit Egypte: “Jullie daar in Nederland, houden jullie ook vol, laat ook bij jullie de kerk niet verdwijnen!”

Het is een aanmoediging richting mij als GZB’er in Egypte. U geeft mij – en daarmee ook andere werkers die misschien wat meer op de achtergrond blijven – vandaag een oproep mee: “Houd dit bij al het werk wat je doet dit als hoofddoel voor ogen: laat de kerk niet verdwijnen!”

2 De kerk in de regio

Maar als we zeggen “Laat de kerk in Egypte niet verdwijnen,” dan is het ook wel zaak dat we een goed beeld hebben van de situatie van de kerk in Egypte.

Op het eerste gezicht zou je namelijk ook kunnen zeggen: in Egypte valt het allemaal nog wel een beetje mee. Daar zijn miljoenen christenen, in absolute aantallen niet minder dan in Nederland. En als het percentage christenen er iets terugloopt, dan is dat omdat, naar men zegt, christenen naar verhouding iets meer aan gezinsplanning doen en dus gemiddeld iets minder kinderen krijgen. En daarnaast is het omdat veel Egyptenaren, moslims maar vooral ook christenen, om sociaal-economische redenen emigreren naar het Westen: daar is redelijk betaald werk, daar krijgen kinderen op alle scholen behoorlijk onderwijs, daar is goede gezondheidszorg toegankelijk, daar is meer vrijheid, daar telt elk mensenleven. De meeste emigrerende christenen zijn geen luie profiteurs maar ook geen bloedig vervolgde geloofsgetuigen: het zijn mensen die, alles overziend en alle onzekerheden ten spijt, tot de conclusie komen dat emigreren de beste keus is voor henzelf en hun gezin.

Bij de verdwijnende kerk denk ik dan eerder aan het door oorlog verscheurde Syrië, waar miljoenen op de vlucht zijn geslagen. Daar komt Saleem vandaan, een student die nu bij ons in Caïro de predikantsopleiding volgt en straks weer terug hoopt te keren om in Syrië dominee te worden.

Bij de verdwijnende kerk denk ik aan Irak. Daar is, na vier jaar studie bij ons aan het seminarie, ds. Magdi twee jaar predikant geweest. Twee aanslagen maakte hij in die twee jaar op zijn kerk mee. Inmiddels is hij terug in Egypte.

(Tussen twee haakjes: is de westerse Midden-Oostenpolitiek mede oorzaak van verdwijnen van kerk aldaar? We hoeven ons geen vals schuldcomplex aan te praten alsof wij in het Westen de oorzaak van alle problemen elders ter wereld zijn. Maar toch: hoe kunnen we in het Westen bidden: “Laat de kerk niet verdwijnen in het Midden-Oosten!” als we tegelijk, misschien onbedoeld, een politiek steunen of hebben gesteund die dat verdwijnen van de kerk mede in de hand heeft gewerkt? Ik ben geen politicoloog en wil niet teveel speculeren, maar hoop wel dat zij die dit vraagstuk zinvol kunnen behandelen, dat ook zullen doen.)

Bij de verdwijnende kerk denk ik aan Sudan. Bedreigd van binnen en van buiten geeft daar onder moeilijke omstandigheden ds. Musa leiding aan de predikantsopleiding in Khartoum—ds. Musa die eerder bij ons in het rustige Caïro een masteropleiding heb gevolgd en die ik ook zelf college heb mogen geven.

Bij de verdwijnende kerk denk ik aan Gaza. Te midden van de bommen diende daar afgelopen zomer Hanna de protestantse gemeente. Twee weken geleden is hij afgestudeerd aan ons seminarie en over enige tijd hoopt hij met vrouw en kinderen de gevaarvolle reis over de Noord-Sinaï naar Gaza weer te maken.

Bij de verdwijnende kerk denk ik aan Libië, waar zelfs gastarbeiders het moeten ontgelden, waar Eritrese christenen door IS worden ontvoerd en Egyptische christenen met messen worden onthoofd—u kent de beelden van de zwarte en de oranje rij langs de zee.

Bij de verdwijnende kerk denk ik aan Nederland. Soms ben ik dan dankbaar voor al die Egyptische en andere Midden-Oosterse christenen die zich in Nederland hebben gevestigd, ook als het vooral om sociaal-economische redenen. Mede dankzij hen is er nog een kerk in Amsterdam.

Maar terug naar Egypte. Ik wil en kan en mag de situatie van de kerk daar niet afdoen met een “het valt allemaal wel een beetje mee.” U bent hier speciaal bijeengekomen om te zeggen, te bidden: “Laat de kerk in Egypte niet verdwijnen,” en daarom heeft u, hoe beknopt ook, recht op een beter beeld van de kerk in het land van de piramides.

3 De kerk in het land van de piramides

De piramides van Egypte, wie kent ze niet? Misschien zijn sommigen van u en jullie er zelf wel eens geweest en anders heeft u of heb jij er zeker wel eens een foto van gezien. Op de meeste foto’s van de piramides ziet u een woestijn op de achtergrond, een dor en levenloos gebied waar men in de brandende zon van dorst zou sterven. Wist u echter dat er ook foto’s van de piramides zijn waarbij deze in de stad lijken te staan? Nee, niet bij een klein dorpje, maar echt in een miljoenenstad. En wist u dat er dan ook nog foto’s zijn waarop je over prachtige groene velden op de piramides uitkijkt? En met groen bedoel ik dan ook niet een paar grassprieten in de woestijn, maar echt groen, groener dan het Groene Hart van Holland. O, zegt u, maar welke foto’s zijn dan echt en welke zijn gefotoshopt?

Tsja, er bestaan inderdaad gefotoshopte foto’s van de piramides: spectaculair om te zien misschien, maar niet waarheidsgetrouw. Echter, de drie foto’s die ik noemde, kun je allemaal daadwerkelijk maken: het is maar waar je gaat staan en hoe je kijkt.

P1550927

Woestijn

Met de kerk in Egypte is het net eender. Daar kun je ook een beeld van maken als van een dorre woestijn. Dan zie ik die broeder die alles opgegeven heeft om Christus te volgen en met wie de ontmoeting heel omzichtig moest worden ingepland vanwege vijanden die hem belagen. Dan zie ik die andere broeder die zich als christen uitsprak tegen onrecht, als wild is opgejaagd, ja, de schotwonden in het lichaam draagt. Dan zie ik die dominee bij wie ik enkele jaren geleden de jaarwisseling doorbracht. De oudejaarsavondviering in de kerk was prachtig verlopen en met de jongelui hadden we het nieuwe jaar ingeluid, maar de volgende ochtend zat de dominee verslagen aan de keukentafel: er was een bom ontploft bij een kerk in Alexandrië en er waren doden gevallen. Twee jaar geleden was zijn eigen kerk aan de beurt en werd van binnen alles in brand gestoken. Ik heb zelf de zwart verkoolde Bijbels in mijn hand gehad.

Twee rijen lopen langs de zee,
zwart en oranje, nacht en dag.

Vier maanden geleden liet een student in Caïro me het filmpje zien: twintig koptische christenen die in Libië met messen werden onthoofd door mannen van IS, de Islamitische Staat. Misschien heeft u het filmpje ook gezien, misschien heb je erover gelezen.

Dit filmpje moest ons christenen schrik aanjagen en dat deed het ook. Maar tegelijk overheerste de blijdschap dat deze broeders staande waren gebleven. Een gedicht werd in een oplage van 1,6 miljoen verspreid in Egypte en in tientallen talen vertaald. U hebt het wellicht op de website van de GZB gelezen.

Twee rijen lopen langs de zee (…)
een rij heeft messen in de hand,
een rij is, ondanks gebonden handen, sterk;

een rij ziet slechts door een oogkijkgat,
een rij houdt de ogen onverstoorbaar ten hemel gericht;

een rij staat en brengt de dood,
een rij knielt en is geheel gereed voor een ander leven;

een rij roept en schreeuwt en dreigt en tiert,
een rij heeft harten vol van rust en vrede.

Een vraag: wie is hier nu bang voor wie?
De rij met opgeheven gelaat, de blik op de hemel gericht,
of de rij met het hoofd verduisterd in het zwart?

Wat mij treft in dit gedicht is de blikrichting: we kunnen niet naar deze martelaren blijven kijken maar worden als het ware gedwongen om met hen naar de hemel te kijken, als ziende de Onzienlijke, om te zien op de Leidsman en Voleinder van het geloof, Jezus, die voor de vreugde die hem in het vooruitzicht was gesteld, het kruis heeft gedragen en de schande veracht en nu zit aan de rechterhand van de troon van God.

P1700285

Stad

Een Duitse hoogleraar zei eens op college: “De lijdende kerk loopt het gevaar haar eigen lijdensgeschiedenis te vertellen in plaats van de lijdensgeschiedenis van Christus.” Laten wij als christenen in het westen de bedreigde kerk niet in die verzoeking brengen door alleen maar naar haar te luisteren als ze spannende vervolgingsverhalen te vertellen heeft. Laten we in de Heere eindigen en niet in de mens, en laten we ook zien dat de kerk in Egypte niet alleen een lijdende kerk is maar ook worstelt met laksheid en tegelijk een levendige kerk is.

Dat dorre woestijnbeeld van Egyptische christenheid is waarheidsgetrouw, maar wel eenzijdig. De piramides staan feitelijk vlakbij de stad, bij het normale, alledaagse leven.

Moslims met messen zie ik in Caïro in de wijk waar ik woon dagelijks, maar dat zijn geen IS-strijders: zo is er de slager die mij altijd groet en het mes gebruikt om vlees te snijden en zo is daar de sapverkoper die met zijn mes sinaasappels doorsnijdt en mij vervolgens met een brede glimlach een glas sap inschenkt.

Ook de kerk in Egypte kent haar alledaagsheid. Als Egyptische christenen niet naar een kerkdienst komen, dan is dat gewoonlijk niet omdat ze worden bedreigd, maar omdat ze te druk zijn met andere dingen, of geen zin hebben, of misschien wel ruzie hebben met de priester of de dominee. Egyptische christenen zijn echt niet allemaal geloofshelden die voortdurend tegen de verdrukking in op de toppen van het geloof leven. Is men te negatief als men naast over een lijdende kerk ook over een lakse kerk spreekt?

En wat te denken van enerzijds het volksgeloof waar het christendom mee is doordrenkt – “volksverlakkerij” vertrouwde een vrijdenkender monnik mij ooit toe – en anderzijds het opkomende atheïsme, dat men name ook jonge christenen aanspreekt? Of van het vertrouwen op ‘prinsen’ (de Arabische vertaling van Psalm 146 gebruikt een woord dat tegenwoordig ook ‘presidenten’ betekent) in plaats van op God zelf? Werkelijk, verwacht in Egypte niet de volmaakte kerk te vinden.

P1660914

Groen

De derde foto van de piramides, waarbij je ze over de groene velden ziet liggen, is waarschijnlijk de minst bekende. Menig toerist die de piramides bezoekt, ziet ze nooit op deze manier. Toch zijn dit soort foto’s echt te maken. Evenzo staan we er in Nederland misschien ook wel te weinig bij stil dat wie even zoekt veel fris groens bij de Egyptische christenheid kan ontdekken. De kerk in Egypte is niet alleen een lijdende of een lakse maar zeker ook een levendige kerk.

Als ik dat groene beeld voor ogen zie, dan denk ik aan de kinderrijke zondagsscholen. Toen, in dat dorp, het was bijna kerst, waren er vierhonderd kids. In elk zaaltje waar een leuke kringetje van vijftien zou kunnen zitten, zaten er vijftig. Toegegeven, zo’n honderd waren er slechts voor de cadeautjes die dag, maar de anderen kwamen trouw.

In Egypte zie ik nieuwgebouwde kerken, ter vervanging van oude gebouwen, maar ook in nieuwe stadswijken waar nog geen kerk was. Ik zie een oud, vervallen kerkje – de ouderen waren afgehaakt –, maar de deur zit niet op slot: jongelui komen hier weer zeer enthousiast bijeen.

Ik zie christenen zich inzetten voor drugsverslaafden en gevangenen en hun gezinnen – de toekomstige dominees die wij opleiden moeten een zomer bij zulk werk stage lopen.

Tot voor kort was het ondenkbaar dat we op ons seminarie geïnteresseerde moslims zouden toelaten – er zijn grenzen in Egypte. Nu is er toch een voorzichtig begin: samen met de beroemde bibliotheek van Alexandrië bieden we een lezingencyclus koptische cultuurgeschiedenis aan waarin moslims en christenen wel samen kunnen studeren, en dat gebeurt ook daadwerkelijk.

Als in Egypte de vlam niet zozeer in de pan slaat als in andere landen in de regio, dan is dat ook te danken aan al die mensen die met veel tact de kleine brandjes weten te blussen, de boel weten te sussen, conflicten weten te de-escaleren, spanningen beheersbaar houden. Zij zijn veelal niet de piramides van de Egyptische kerkgeschiedenis – de monniken, de martelaren, de grote theologen; naar een beeld van de koptisch-orthodoxe paus Tawadros – die tot in lengte van jaren zullen worden herinnerd, maar eerder de groene grassprietjes die straks zullen verdorren en verdwijnen in der mensen vergetelheid. En toch zijn zij nu zo nuttig: dankzij hen zijn er minder spectaculaire martelaarsverhalen en is er meer relatieve rust om vruchtbaar voor anderen te leven.

Ik zie kerken die omkijken naar hun omgeving: in de ene wijk nodigt men de moskee uit voor een iftarmaaltijd tijdens de ramadan op het kerkplein, in een andere worden christen- en moslimmoeders samen uitgenodigd om met moederdag in de kerk in het zonnetje te worden gezet, in een derde organiseert men huiswerkbegeleiding voor kansarme kinderen om schooluitval te voorkomen. Op de jaarlijkse internationale boekenbeurs in Caïro krijg je het evangelie niet gratis tegen je zin in je hand gedrukt, maar kan ieder die het wil het op verschillende plaatsen kopen voor 12 cent, zonder dat je de drempel van een kerk over hoeft.

Op het seminarie heb ik tientallen hoger opgeleide jongeren geïnterviewd die met het oog op hun werk in de samenleving of hun vrijwilligerswerk in de kerk onze leiderschapsopleiding vanuit christelijk perspectief willen volgen. Onze deeltijdopleiding theologie bieden we nu op drie plaatsen aan: in Caïro, Alexandrië en Minya. Meer kunnen we als docenten eenvoudigweg niet aan. Maar uit de zuidelijker provincies krijgen we zeer nadrukkelijk en aandringend het verzoek: begin ook bij ons, ook hier zijn jongeren – en ouderen – die echt geïnteresseerd zijn in het geloof, de Bijbel beter willen leren kennen, toegerust willen worden voor hun dienst in kerk en samenleving.

Het groen is echter wel kwetsbaar. Welke mooie zaken er bij goed kijken ook te ontdekken zijn, de Egyptische kerk kan niet triomfalistisch stil gaan zitten. Wij kunnen niet zeggen “Met die kerk in Egypte zit het wel goed,” om vervolgens tot onze orde van de dag over te gaan. Het groen moet zorgvuldig onderhouden worden. Het grauwgrauw van de stad en de dorre dood van de woestijn rukken anders voortdurend op.

Tegelijk hoeft onze wens niet slechts te zijn: “Laat het groen niet verdwijnen.” De woestijn kan gans onvruchtbaar schijnen – het lijkt onmogelijk dat daar ooit iets groeien of bloeien zal. En toch, als men de dorre woestijn maar juist bewatert, dan blijkt het menigmaal een uiterst vruchtbare bodem te zijn, waarop het groenste groen kan groeien. Onze bede is: “Bewaar, ja, maar meer dan dat, vermeerder het groen, in Nederland, maar ook in Egypte!”

4 Foto

Welke boodschap neem ik van vandaag mee naar Egypte? Ik neem graag een beeld mee, een foto. U en jullie bent hier met duizenden bijeengekomen om voor de kerk in Egypte en het Midden-Oosten te bidden. Die foto wil ik meenemen om aan onze broeders en zusters in Egypte te laten zien, om hen te bemoedigen. Daarom neem ik die foto nu letterlijk.

<<Neemt enkele foto’s van het publiek.>>

P1710727

P1710722

De foto is niet bedoeld om de aandacht op uzelf te vestigen. Veeleer hoop ik onze Egyptische broeders en zusters te vertellen: kijk, in Nederland is er ook een menigte, een “wolk van getuigen,” die u aanmoedigt om te leven als ziende de Onzienlijke, om vol te houden en door te gaan, het oog gericht op de overste Leidsman en Voleinder van het geloof.

4. Heer, naast U op de troon,
hoort U een stem die pleit,
het is Uw eigen Zoon,
Hij weet wat uw volk lijdt.

5. Uw stem spreekt in ons hart
van liefde die niet wijkt
voor honger, macht of smart,
die door de dood heen blijkt.

6. Uw liefde houdt de wacht,
de boze wint het niet.
Wij zingen in de nacht
een overwinningslied.

PS:

  1. Toen ik pas de foto’s van de GZB-dag in een kerk hier in Egypte liet zien, zei iemand me na afloop: “Dat is toch wel heel bijzonder, dat mensen in Nederland samenkomen om over onze omstandigheden hier te horen en voor ons hier te bidden.”
  2. De volgende GZB-dag staat gepland voor zaterdag 11 juni 2016, wederom in Gorinchem.
  3. Bent u geraakt door dit verhaal over de kerk in Egypte en wilt u het werk van de GZB financieel steunen, dan kan dit via de volgende links:
    Steun de bedreigde kerk in het Midden-Oosten
    Steun het werk van Willem-Jan de Wit in Egypte

Maak een website of blog op WordPress.com