Verstofte orgelklanken

P2320836 (2)

Gisteren is een begin gemaakt met het opruimen van de ‘geheime verdieping’ van ons seminarie – een tussenverdieping waar de lift niet stopt en waar de argeloze trappenhuisloper slechts een tussenvloertje vermoedt. Toen ik de geheime bergplaats enkele jaren geleden ontdekte, zag ik dat er enkele orgels hopeloos stonden te verstoffen.

Gisteren zijn deze orgels – een elektronicum en een harmonium – van het ergste stof ontdaan (er lag een laag van twintig jaar op, werd mij gezegd) en op onze sportplaats uitgestald. Bespeelbaar acht ik ze niet meer maar een zekere nostalgie stralen ze nog steeds uit. Als ik mij niet vergis, is het elektronicum een Solina die bij de Eminentfabrieken in mijn geboortedorp Bodegraven is geproduceerd. En wat betreft het harmonium: wie zou niet nog eens de voeten op de trappers willen zetten, een register uit willen trekken en een toets willen indrukken, om nog eenmaal te horen hoe de ‘hemelse stem’ (Voix Céleste) klonk, of de Echo van weleer?

Maar ach, dit alles staat nu slechts uitgestald als ver verleden tijd, vergane glorie van vroeger, reeds lang voorbij voordat ik zelf in Egypte kwam. Het tijdperk van wijlen Uncle Fouad die met zijn trekharmonicum hier de seminariekapelzang begeleidde, heb ik nog wel mee mogen maken, maar ook dat is niet meer.

Toch is de lofzang gaande gebleven. Thans siert een statig-zwarte digitale piano de kapel die regelmatig door studenten tot klinken wordt gebracht. En van tijd tot tijd lenen ze mijn Yamaha A300-keyboard, omdat dit gemakkelijk mee te nemen is of ook omdat het oosterse klanken voort kan brengen die buiten de westerse toonladders vallen. Uitgezongen is men hier nog niet.

 

Maak een website of blog op WordPress.com