Eén van de schoonmakers is al een paar dagen niet op komen dagen op ons seminarie. Hij woont in de volksbuurt al-Khusous, de buitenwijk van Caïro waar eind vorige week de doden vielen. Ongetwijfeld durft hij zelf de deur nog wel uit te gaan, maar zijn vrouw kan hij bezwaarlijk alleen laten.
Als ik dr. Jos Strengholt mag geloven, staat het verhaal van onze schoonmaker niet op zich: “In Ezbet al-Nakhl, a large populous northern neighborhood of Cairo, many Christians do not dare to leave their homes, especially when it gets dark. They are afraid of Salafis who seem to be patrolling the area.”
Wat onze wijk betreft: het feit dat juist de kathedraal, het hart van de koptisch-orthodoxe kerk zondag is belaagd, wordt door christenen als ongehoord en schokkend ervaren. Niettemin gaat het leven weer gewoon verder en ontmoet ik ook ‘s avonds mensen op straat, althans in de buurt van ons seminarie, zo’n anderhalve kilometer verwijderd van de kathedraal.
Overigens was er in het Mubarak-tijdperk ook al wel vrees voor de kathedraal. 13 december 2010 schreef ik in een nieuwsbrief:
Een paar dagen na het gijzelingsdrama in de kerk in Bagdad in Irak loop ik langs de Koptisch-orthodoxe kathedraal bij ons in de wijk. Net als bij veel andere kerken is het gebruikelijk dat er hier beveiliging is, maar nu zie ik werklieden die een groot ijzeren schuifhek voor de toegangspoort van het terrein rond de kathedraal plaatsen. “Zijn jullie bang?” vraag ik aan één van de bewakers. “Ja,” antwoordt hij eenvoudig, “wij zijn bang.”
Een poosje later is voor dat schuifhek ook nog een muur geplaatst die de hoofdtoegang van de kathedraal geheel afsloot, maar deze is daarna weer verwijderd. Over hoe het afgelopen zondag opeens zo uit de hand kon lopen, worden tegenstrijdige berichten verspreid en het zal nog wel even duren voordat het laatste woord erover is gezegd. [Update 11 april: zelfs in de Egyptische Eerste Kamer is fel gediscussieerd over wat er zondag precies is gebeurd.]
Ondertussen heeft de Wereldraad van Kerken naar aanleiding van de gebeurtenissen wel reeds onder meer het volgende geschreven:
We call on Egyptians, Christians and Muslims, especially the youth, not to be driven apart through sectarian tensions and conflicts. We ask them to join hands and work together in order to establish a future based on equal citizenship, a just society and peaceful communities.
We also urge religious leaders and the authorities in the country to promote a language of fellowship and harmony, to foster initiatives that ease the tensions and revive a spirit of respect and mutual understanding within the Egyptian population.
The Christian presence in the Arab world is an essential pillar of its identity. A thriving future is only possible through partnership and common action.
Het zal niet moeilijk zijn om enkele moslimgeleerden en christelijke theologen te vinden in Egypte die het met de strekking van dit stuk van de Wereldraad eens zijn en die dat ook in een dialoog tegen elkaar willen zeggen. De vraag is echter hoe zich dit naar het grondvlak doorvertaalt. Wanneer zullen de gewone man en de gewone vrouw in al-Khusous en Ezbet al-Nakhl weer gewoon zonder de vrees de straat op kunnen gaan? En wanneer zullen moslims en christenen weer samen het welzijn van hun woonwijken zoeken?