Het begint allemaal anderhalve eeuw geleden op een grote zeilboot. Amerikaanse en Schotse zendelingen brengen het protestantisme naar Egypte en leggen zich er in het bijzonder op toe om dorpjes langs de Nijl een paar honderd kilometer ten zuiden van Caïro met woord en daad te bereiken. Voor de nieuw-gestichte gemeenten moeten natuurlijk predikanten worden opgeleid, maar een geschikt stuk grond voor een theologische school is niet meteen voorhanden. Daarom maakt men van de nood een deugd en begint de predikantsopleiding op een boot. Een deel van de dag krijgen de studenten aan boord college en een ander deel van de dag bezoeken ze dorpen om het evangelie te verkondigen. Telkens vaart het schip wat verder, zodat veel verschillende plaatsen worden bereikt.
Na verloop van jaren worden de beperkingen van een boot toch steeds sterker gevoeld en krijgt de predikantsopleiding van de presbyteriaanse kerk van Egypte (de zogeheten “Synode van de Nijl”) een vaste locatie aan de wal in de hoofdstad. Internationaal bekend onder de naam Evangelical Theological Seminary in Cairo bestaat de opleiding dit jaar al met al 150 jaar, wat we in november officieel hopen te vieren. Zelf heb ik alleen de afgelopen vijf jaar meegemaakt—zomer 2008 ben ik hier, uitgezonden via de GZB, komen werken, aanvankelijk als docent Bijbelse vakken, thans ook als docent systematische theologie—, maar ook over deze korte periode valt genoeg te vertellen.
Tegenwoordig studeren zo’n vijftig jongemannen variërend van nog voor in de twintig tot halverwege de dertig voltijd aan het seminarie om predikant te worden. Hun kamers en de eetzaal bevinden zich in hetzelfde gebouw als waar mijn appartement zich bevindt en zo ontmoet ik hen vrijwel dagelijks, ook buiten de colleges om, waarbij ik meedenk met hun vragen en zelf via hen steeds meer van de taal en cultuur leer verstaan. Veelal komen zij uit dorpen in de provincies Minya en Asyut, het gebied waar vroeger de boot heen en weer voer. Rond de jaarwisseling en in de zomer krijg ik vaak de uitnodiging om het Caïreense gekrioel van twintig miljoen mensen even te ontvluchten en mee te gaan naar zo’n dorp waar de boeren rijdend op ezels door de groene velden onwillekeurig aan Bijbelse tijden doen denken, totdat ze uit de zak van hun galabeya (lang traditioneel gewaad) hun mobieltje pakken en het ook hier weer echt 2013 blijkt te zijn. Kinderrijk zijn deze dorpen ook: op een zondagsschool wordt soms aan wel driehonderd jongens en meisjes uit de Bijbel verteld.
Pas vroeg ik Peter en Michael, twee eerstejaars studenten, waarom een goede opleiding voor Egyptische predikanten zo onmisbaar is en ze kwamen al snel op ten minste drie redenen uit:
1. “Christelijke televisiezenders brengen niet alleen het evangelie in veel huiskamers, maar helaas ook dwaalleraar. Een goed opgeleide predikant helpt de gemeente te onderscheiden wat waar is en wat niet.”
2. “Preken hier in Egypte blijven vaak wat aan de oppervlakte. Een goed opgeleide predikant kan de gemeente inwijden in de rijke schatten van de Schrift.”
3. “Ontloop je als christen moslims die misschien lastige vragen stellen of ga je met hen in gesprek? Een goed opgeleide predikant kan gemeenteleden toerusten hoe het gesprek aan te gaan.”
De afgelopen jaren is het opleidingsaanbod van het seminarie op verschillende manieren uitgebreid. In Caïro was er al langer een deeltijdopleiding, maar nu wordt deze ook aangeboden in Alexandrië (225 km ten noordwesten van Caïro) en de stad Minya (250 km ten zuiden van Caïro). Deze opleiding is bedoeld voor bijvoorbeeld ouderlingen en andere mannen en vrouwen die betrokken zijn bij jongerenwerk, pastoraat of evangelisatiewerk en daarvoor goede theologische toerusting zoeken.
Ook biedt het seminarie sinds enige jaren samen met een internationale organisatie een Engelstalige leiderschap- en managementopleiding vanuit christelijk perspectief aan. Deze heeft inmiddels tientallen hoger opgeleiden christenen aangetrokken die werkzaam zijn in het bedrijfsleven of een christelijke organisatie en daarnaast vaak ook leiding geven aan kerkelijk vrijwilligerswerk.
Voor predikanten en anderen die al een eerste theologische graad hebben behaald biedt het seminarie al geruime tijd een Engelstalige masteropleiding aan op het gebied van de Bijbelwetenschappen en het Midden-Oosters christendom. Vanaf komend cursusjaar komt hier de studierichting systematische theologie bij. Deze master trekt naast Egyptenaren ook studenten uit andere landen aan en is bijvoorbeeld interessant voor westerse theologiestudenten die een periode in het Midden-Oosten willen studeren.
Bij “zendelingen” dachten Egyptenaren vroeger aan westerlingen die naar hen toe kwamen, maar dit begint te veranderen. In de kerk groeit het besef dat Egyptische christenen ook zelf “zendeling” kunnen zijn: zo zijn er verschillende gemeentestichtingsprojecten in nieuwe stadswijken, gaan uit sommige gemeenten teams naar andere Afrikaanse landen om medische hulp te verlenen en is vorig jaar een oud-student van ons seminarie als missionair predikant uitgezonden naar Irak.
En hoewel Egyptische protestanten zich schatplichtig aan Calvijn en de Europese en Amerikaanse gereformeerde theologie weten, neemt ook hun zelfbewustzijn als Midden-Oosterse christenen toe. Het protestantisme mag dan pas in de negentiende eeuw in Egypte zijn gekomen, maar het christendom als zodanig is er al in de eerste eeuw ontstaan en Arabische theologen hebben bijvoorbeeld veel eerder dan Europese theologen geleerd om diepgaand het gesprek aan te gaan met de islam. Onder andere om deze rijke eigen theologische erfenis te bestuderen is aan ons seminarie het Center for Middle Eastern Christianity opgericht dat dit voorjaar officieel is geopend.
Al met al stemt het tot grote dankbaarheid dat het werk van het seminarie om christenen toe te rusten om hun plaats in te nemen in kerk en samenleving al anderhalve eeuw door mag gaan. Hoewel het vertrek van president Morsi christenen in Egypte meer hoop voor de toekomst heeft gegeven, blijven de economische, politieke en maatschappelijke omstandigheden zorgelijk. Zonder steun uit het westen zou het seminarie haar missie moeilijk kunnen volbrengen, maar tegelijk heeft het een vitaliteit en visie die misschien wel een voorbeeld kunnen zijn voor westerse christenen.
Bovenstaand artikel schreef ik op verzoek van ds. Hans van Dalen en verscheen recent in de rubriek Wereldwijd in HW Confessioneel.