In een woud met veel bomen en dicht gras woonden een leeuw en drie stieren: een witte stier, een zwarte stier en een rode stier.
De leeuw probeerde steeds de stieren te verscheuren, maar zonder succes. De drie stieren waren verenigd tegen hem, om hem samen te bestrijden als hij één van hen aanviel. Hun leuze was: “Allen voor één en één voor allen.”
De leeuw bedacht een list. Hij zei tegen de rode en de zwarte stier: “Mijn kleur is zoals jullie kleur, maar de kleur van de witte stier valt op en jagers kunnen hem van ver zien en komen zo onze plaats te weten. Hij is dus een gevaar voor ons allen. Mijn voorstel is dat jullie mij hem op laten eten zodat wij hier veilig zullen zijn.” Zij zeiden tegen hem: “Eet hem maar op.” En hij at hem op.
Na enige tijd zei de leeuw tegen de rode stier: “Mijn kleur is zoals jouw kleur, maar de zwarte stier is anders, en hij is een gevaar voor ons, en mijn voorstel is dat je mij hem op laat eten.” En hij zei tegen hem: “Eet hem maar op.” En hij at hem op”.
Toen zei de leeuw tegen de rode stier: “Ik ga jou nu opeten. Daar is geen ontkomen meer aan.” De rode stier keek om zich heen en vond zichzelf alleen tegenover de stier. Hij herinnerde zich het verleden en dagen toen hij in de bescherming van zijn makkers leefde, en hij sprak een woord dat een beroemd gezegde is geworden in het Arabisch: “Ik werd reeds opgegeten op de dag dat de witte stier werd opgegeten.”
Het bovenstaande is mijn werkvertaling van een verhaal in El-Said Badawi, Muhammad Hamasa Abd al-Latif en Mahmud al-Batal, Al-kitab al-asasi fi ta‘lim al-lugha al-‘arabiya li-ghayr al-natiqin biha, deel 2 (Caïro: American University in Cairo Press, 2008), 199–200.
Mijn docent Arabisch ziet in dit verhaal de geschiedenis van de Arabische wereld, hoe zij zich heeft laten verdelen en overheersen door de koloniale machten. Zijn hoop is dat de Arabische wereld weer tot zichzelf komt en een eenheid vormt, vergelijkbaar met bijvoorbeeld de Europese Unie (en dit weer als voorbereiding op het verenigde islamitische rijk dat zal worden geleid door de laatste kalief en waarmee het einde ter tijden aanbreekt).